Een balletje slaan tussen de standbeelden, een put maken onder een berceau of een bal chippen over de kasteelgracht is natuurlijk wel weer iets anders dan boerengolf of midgetgolf.
Kasteelgolf lijkt dan ook veel op écht golf. Je slaat op eenzelfde wijze met een soortgelijke club. Alleen is het spelletje nu veel makkelijker gemaakt: kasteelgolf wordt gespeeld met grotere en zachtere ballen en met grotere clubs. De holes zijn ook veel groter gemaakt en de greens zijn minder strak en glad dan bij echt golf. Het blijft dus een kasteeltuin, met af en toe ook een molshoop. Kasteelgolf is daardoor eenvoudig samen te spelen door kinderen, volwassen én senioren. Geoefende golfers zullen alle technieken herkennen, maar zullen ook merken dat de niet geoefende golfspelers vrij eenvoudig hetzelfde kunnen spelen. Wat padel is in de tennissport, zou kasteelgolf dus wel eens voor de golfsport kunnen worden. Kijk voor meer informatie op
deze site.