DEN HAAG - De Raad van State in Den Haag heeft het hoger beroep van een man uit Neer, tegen het intrekken van zijn wapenvergunning, ongegrond verklaard. De hoogste bestuursrechter volgde woensdag daarmee de eerdere redenaties van de
rechtbank Limburg en het Ministerie van Justitie en Veiligheid.
Handgemeen
Vier jaar geleden verzeilde de man in een handgemeen met zijn buurjongen, op een
schuttersfeest in Neer. Hij gaf voor de rechter in Den Haag toe zijn buurjongen die avond met een vuist te hebben geslagen, maar pas nadat hij een provocerende zet van hem zou hebben gekregen. Verder speelde een al jaren durende burenruzie een rol bij het incident.
Hobby
Net als de Limburgse rechter oordeelt nu ook de Raad van State dat houders van een wapenvergunning zeer betrouwbaar dienen te zijn, anders kunnen ze de samenleving – onder stress of psychische druk – in gevaar brengen. Geringe twijfel is daarbij al genoeg reden om de wapenvergunning in te trekken. Het maakte voor de rechter niet uit wie precies begonnen is met vechten of dat daarbuiten nooit iets is voorgevallen. Het oordeel betekent dat de man zijn hobby bij een schietvereniging niet langer kan uitoefenen.