NEER - De gemeente Leudal gaat een samenwerkingsovereenkomst aan met burgerinitiatief Stichting Open Club ’t Maasveld. Doel is het Neerse sportpark te herontwikkelen. Qua omvang is de
samenwerking tussen gemeente en dit burgerinitiatief uniek in Nederland. Er zijn enkele miljoenen euro’s mee gemoeid.
Afspraken
De samenwerkingsovereenkomst werd vrijdag op het sportpark ondertekend door burgemeester Desirée Schmalschläger, verantwoordelijk wethouder
Robert Martens (D66) en voorzitter
John van Haeff van de stichting Open Club ’t Maasveld. 'Stichting ’t Maasveld zet vrijwilligers-deskundigen in voor de voorbereiding van de realisatie. Dat doen ze op een professionele manier, rekening houdend met de afspraken die in het verleden zijn gemaakt. Als wethouder vind ik het belangrijk dat we de gemaakte evenals toekomstige afspraken vastleggen in deze
overeenkomst' zei Martens.
Kantine
Voorzitter Van Haeff: 'Wij en bijna veertig partners gaan het gemeentelijk sportpark toekomstbesteding, multifunctioneel en bovenlokaal maken voor alle inwoners van Leudal. Er kunnen straks vijftien verschillende
sporten worden beoefend.' Behalve voor voetbal, tennis en zwemmen, is er op het park straks ook plek voor allerlei fietssporten zoals wielrennen, mountainbiken en cyclocross. Daarna komt er voor ruiters een nieuwe plek voor dressuur- en springlessen. In de vernieuwde NOC/NSF-gecertificeerde sporthal is plek voor onder meer volleybal, zaalvoetbal, basketbal en badminton. Bovendien is er straks nog maar één sportkantine in plaats van nu drie.
Krediet
Middels het aannemen van een amendement had de gemeenteraad in december 2017 besloten om een krediet van in totaal 1,5 miljoen euro ter beschikking te stellen voor de realisatie van de Open Club en de renovatie van de bestaande
spantenhal. Tegelijkertijd heeft de gemeenteraad het college opgedragen medewerking te verlenen aan de realisatie van de Veilige Wieleromgeving op het Sportpark. Dat laatste heeft geleid tot een raadsbesluit op 30 juni 2020, waarbij besloten werd een investeringskrediet ter beschikking te stellen van 1.570.000 euro, bestaande uit een subsidiebijdrage van de provincie van 750.000 euro en een investeringsbijdrage van de gemeente van 820.000 euro.