Burger Belangen Baexem: ‘vier miljoen van Geurts klopt niet’

Foto: John Hölsgens

BAEXEM – De door gedeputeerde Geurts (PvdA) genoemde kosten van 4 miljoen euro, wanneer met een milieueffectraportage onderzoek moet worden gedaan naar een brede randweg om de kern van Baexem kloppen niet.

Tenminste, dat is wat Marcel Hagens van Burger Belangen Baexem de gedeputeerde duidelijk probeert te maken.

Dossier
‘De bij ons bekende en gedocumenteerde feiten uit het N280-dossier geven een heel ander beeld’ geeft Hagens in een brief aan Geurts aan. ‘Op 31 oktober 2013 bestond de genoemde variant van de provinciale weg (5e) nog niet. Tijdens een bijeenkomst op die datum werd vanuit de Belangengroep het verzoek ingediend om ook van variant 5a een aanpassing uit te werken, met een verdiepte ligging ter hoogte van de Kasteelweg en een rotonde die opschuift richting Weert. Zo’n variant staat nu te boek als 5e.’

Zorgvuldig
In een tussenrapportage van de eerste fase van het milieueffectonderzoek  – van 22 november 2013 – is variant 5e al meegenomen.
In de finale rapportage, van 6 januari 2014, is onderzoek naar alle varianten zelfs definitief afgerond. Hagens: ‘Totaal van idee naar ontwerp, tot afronding onderzoek: minimaal 22 dagen en maximaal 2 maanden, inclusief kerstvakantie. Zowel PS en GS verklaren tot op de dag van vandaag dat de vergelijking tussen 3c en 5e  – en dus dit eerste fase mer-onderzoek  – zorgvuldig en grondig heeft plaatsgevonden.’

Budgetconsequenties
‘Dan vraag ik me af hoe gedeputeerde Geurts kan verklaren waarom het in 2013 mogelijk is om, binnen twee maanden en zonder noemenswaardige budgetconsequenties, variant 5e te ontwerpen, zorgvuldig en grondig te onderzoeken en in een rapportage te verwerken’ aldus Hagens. ‘En vooral: waarom zou het toevoegen van 5e aan eenzelfde onderzoek in 2019 minimaal 18 maanden moeten duren en daarom 4 miljoen kosten?

Twee mogelijkheden
Volgens Hagens zijn er twee mogelijkheden, die beiden de noodzaak voor een onderzoek naar zowel 3c en 5e ondersteunen. ‘Of het is in 2013 allemaal te snel, onvolledig en onzorgvuldig gedaan, en daarom was het snel en goedkoop. Dat impliceert dat PS in 2014 onjuist is geïnformeerd en dat de huidige PS en GS standpunten over de eerste fase mer-onderzoek onjuist zijn. Dat zou betekenen dat beide varianten nog nooit zorgvuldig zijn onderzocht, hetgeen het risico op terugverwijzing door de Raad van State op 99,99% brengt. Dit onderschrijft de noodzaak tot onderzoeken van zowel 3c als 5e in de tweede fase van het mer-onderzoek.’

Voorbarig
Als andere mogelijkheid geeft Hagens dat het in 2013 wel degelijk allemaal goed en zorgvuldig doorlopen is. Dat betekent in zijn ogen dan dat een dergelijk onderzoek in twee maanden en zonder noemenswaardige budgetconsequenties geregeld kan worden.
‘In dat geval was de uitspraak van Geurts voorbarig en vervallen de argumenten tegen het toevoegen van 5e aan het onderzoek. Het is niet duur, niet vertragend en het volgt de adviezen van de mer-commissie, de landsadvocaat en Professor Tonnaer’ besluit Hagens.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen