LEUDAL – Een pgb-houder uit de gemeente Leudal ontvangt een nabetaling van de gemeente. Die had hem ten onrechte een lager pgb-tarief beschikbaar gesteld voor de zorg die door zijn moeder werd geleverd, zo meldt de website Binnenlands Bestuur.
Omdat niet de raad maar het college dat lagere tarief voor familieleden heeft vastgesteld, is het volgens de Rechtbank in Roermond niet rechtsgeldig.
Onderscheid
De gemeente had in een besluit van maart 2016 besloten de pgb-houder een budget uit te keren dat mede was gebaseerd op een uurtarief van 7,17 euro voor begeleiding door zijn moeder. Daartegen maakte hij bezwaar; hij vindt het onterecht dat er in de tarieven onderscheid wordt gemaakt tussen familieleden en andere niet-professionele hulpverleners. De rechtbank Limburg bepaalde dat er sprake zou zijn van zogenoemde ‘verboden delegatie’ en zette een streep door het besluit van de gemeente.
Terugwerkende kracht
De Wmo bepaalt namelijk dat het de gemeenteraad is, die in de verordening moet bepalen onder welke voorwaarden per pgb zorg wordt ingekocht bij personen uit iemands sociale netwerk. ‘Dit betekent dat in de onderhavige verordening ten onrechte is bepaald dat het college nadere regels kan stellen over de hoogte van het pgb en het vaststellen van het pgb’ aldus de rechter. Het resultaat is dat de gemeente Leudal met terugwerkende kracht een pgb op basis van een uurtarief van 35,84 euro moet nabetalen
