BAEXEM/MAASTRICHT – Gedeputeerde Eric Geurts (PvdA) komt met een overzicht van afspraken die al zijn gemaakt over 31 infrastructuur-projecten, die opnieuw tegen het licht worden gehouden.
De gedeputeerde zegde dat toe in een statencommissie na aandringen van bijna alle partijen. Geurts stelde daarbij te verwachten dat in de praktijk de eerste ruim 20 projecten van de lijst gewoon doorgaan, zoals de herinrichting van de N280 bij Leudal. ‘Die staat absoluut niet ter discussie’, aldus de gedeputeerde.
Bijsturing
Donderdag stuurde raadslid Ria Teluij (Samen Verder) nog een brief naar de Staten, waarin ze schreef dat het duidelijk is dat de ambitieuze infrastructurele projecten nauwgezet tegen het licht gehouden moeten worden en zo nodig bijsturing verdienen. Dat geldt overigens niet alleen voor de N280, liet Teluij weten. ‘Natuurlijk is er een zuiver politieke afweging, maar de politiek dient primair te kijken naar betaalbaarheid, haalbaarheid, de impact op de woonomgeving, maatschappelijke gevolgen, natuur, economische effecten en verkeersdoorstroming in een wereld waar mobiliteit al maar toeneemt’ aldus het raadslid. ‘Tientallen miljoenen spenderen aan een provinciale weg is prima, zolang de optel- en aftreksom van deze punten een overduidelijk positief resultaat geeft.’
Peperduur
Teluij dringt er bij de provincie nog maar eens op aan om bij een nieuwe beoordeling van de N280 nog eens objectief de wegvarianten van de aangepaste nieuwe 3c met de variant 5e in een MER laten vergelijken. ‘Nu wordt ingezet op MER-onderzoek van een veel bekritiseerde, peperdure variant 3c, die in 2014 in oorspronkelijke vorm al een omstreden keuze was met volstrekt onvoldoende toekomstbestendigheid. Terwijl toekomstbestendigheid een voorwaarde en zelfs een eis van de provincie was en is.
Hoofdpijn
Teluij noemt MER-onderzoek van de twee varianten alleszins gerechtvaardigd. ‘Overwegende dat natuurbeslag in de aangepaste 3c duidelijk is toegenomen, dit tracé inmiddels financieel helemaal op hol is geslagen en dat de verkeersdoorstroming op afzienbare termijn voor voorspelbare hoofdpijn gaat zorgen. Bij de automobilist én de inwoners van woonkernen, direct grenzend aan dit tracé. Kijken of en hoe het beter kan, getuigt van inzicht. En ook wel degelijk van lef, wanneer de koers zou moeten worden verlegd.’
