Het vroege feminisme van Neel Doff in een veranderende tijdgeest

Foto: Via BCL

HAELEN – Wist u dat Buggenum en Genk met elkaar verbonden zijn door een straatnaam? Alleen op deze twee plekken is Neel Doff vernoemd in een straat. Maar hoe verschillend komt Neel Doff in het knipselarchief van beide plaatsen naar boven…

In Buggenum lijkt Doff maar niet los te komen van haar verleden als prostituee. In Genk komt ze naar voren als die keurige, wat eigenwijze mevrouw.

Toelichting
In het kader van de huidige wisseltentoonstelling in het Bezoekerscentrum Leudal zullen Kristof Reulens en Jef Habets uit Genk op dinsdag 22 augustus een lezing verzorgen over het leven van Neel Doff in Genk. Want hoe kan het toch dat in Genk Neel Doff zo anders wordt herinnerd? Wat was haar rol, haar plek daar? Reulens, directeur van het Emile van Dorenmuseum in Genk, en Habex, voorzitter van Heemkring Heidebloempke Genk, geven een toelichting.

Prix de Goncours
In Buggenum begon het leven van Neel Doff, maar in Genk woonde ze toen ze de sociale ladder opgeklommen was. Daar beleefde ze de mooiste periode van haar leven. Op die plek in België had ze haar zomerhuis. Het was ook daar dat Doff begon met schrijven. Als inmiddels welgestelde vrouw van advocaat Serigiers, schreef ze de moeilijke start van haar leven van zich af. Het mondde uit in Dagen van honger en ellende en later in De avond dat Mina mij meenam. Het leverde haar in 1911 een nominatie op voor de Prix de Goncours, nu nog steeds de belangrijkste literaire prijs van Frankrijk. Op dit boek is de film Keetje Tippel gebaseerd, de film die Neel Doff in Nederland bekendheid gaf maar er tegelijkertijd voor zorgde dat Doff nooit met iets anders dan Keetje Tippel zou worden geassocieerd.

De villa van Doff in Genk

Brussel
In de tijd dat Neel Doff voor het eerst naar Genk kwam, rond 1903, woonden er zo’n tweeduizend mensen. Het was nog een dorp van boeren en ambachtslieden. Er was nog amper mijnbouw, een enkele boortoren daargelaten. ‘Maar daarnaast was er een tweede groep bewoners. Genk trok heel wat kunstenaars aan vanwege het afwisselende landschap dat geschilderd kon worden: eindeloze heidevelden, duinen, moerassen en vijvers’, vertelt Kristof Reulens. Ook de gegoede burgers uit de grote stad wisten Genk te vinden. Hiertoe behoorden Neel Doff en haar man. Zij en haar man woonden in Brussel. Jef Habex: ‘Voor deze groep welgestelden was Genk een plek om je lekker te vervelen en je goed te doen aan frisse lucht.’

Schande
Neel Doff had weinig op met de katholieke moraal, de geestelijke en fysieke regels, die alles belemmerden. Voor iemand uit die tijd was ze zelfs feministisch te noemen. Ze ging ook in Genk niet naar de kerk. De pastoor sprak er schande van. Neel Doff verkeerde zowel in Brussel als in Genk in de kunstenaarskringen. Ze had weinig contact in het dorp. De dorpelingen meden haar ook wat. Niet omdat dat dat niet mocht van meneer pastoor, maar het was ook gewoon de tijdgeest. Habex: ‘In die tijd hadden de verschillende klassen weinig tot geen contact met elkaar. In het dorp werd ook schande gesproken over de klasse waartoe Neel Doff behoorde. “Zij niks doen en wij moeten werken”, was vaak het commentaar.’

Haat-liefde
Neel Doff had wel contact met de familie Van Geneugden. Die familie werkte voor haar. Het contact met hen en de omstandigheden waarin zij leefden herinnerde haar aan haar jeugd, bijvoorbeeld door het gebrek aan hygiëne. Dan kwam de betweter in haar boven. Ze werd een ‘mevrouw’ die haar werknemers wilde opvoeden. In ruil daarvoor ondersteunde ze de familie financieel. Het leverde een haat-liefdeverhouding met hen op.

Villa
Tot haar dood in 1942 kwam Neel Doff alle zomers naar Genk. ‘Je zal hier in het knipselarchief niet in de eerste alinea een verwijzing naar haar verleden krijgen. Hier is ze de mevrouw uit de villa, die uit de armoede omhoog is geklommen. De enige link met toen is hoe haar villa in de volksmond heette, Villa Keetje Tippel. Veel krantenknipsel waar de naam van Neel Doff in staat, gaan over de plannen voor de afbraak van haar villa. ‘Maar eerlijkheidshalve is het maar de vraag of het protest nou tegen de afbraak van haar huis was of tegen de afbraak van geschiedenis’, zo vertelt Reulens. Het gemeentebestuur was al zo rigoureus geweest in het toelaten van de sloop van oude gebouwen in Genk, er was nog maar zo weinig over. En nu, in 2017? Wat zegt de naam Neel Doff nog? Habex: ‘Eerlijk? Bij sommigen zal de naam Keetje Tippel wel een belletje doen rinkelen, maar verder?’

De lezing van Reulens en Habex wordt gehouden bij Bezoekerscentrum Leudal aan de Roggelseweg 58 in Haelen. Aanvang op dinsdag 22 augustus is om 19.30 uur. Deelname 2 euro, kinderen tot 12 jaar en donateurs van de Studiegroep Leudal mogen gratis binnen.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen